ArtikelenTechnologieënTINTProgramma & pilotsSubsidieregelingEventsKIT

Resultaten pilots inclusieve technologie

De afgelopen 2 jaar zijn verschillende partijen in Nederland bezig geweest met pilots op het gebied van inclusieve technologie. In de pilots, die mogelijk zijn gemaakt door de Coalitie voor Technologie en Inclusie (CTI), zijn 8 verschillende inclusieve technologieën getest in de praktijk. Ook KIT nam deel in een pilot: Virtual Reality loopbaanoriëntatie
We bespreken kort de technologieën en de resultaten van de verschillende pilots.

  • Cobot
  • Smart beamer
  • Virtual Reality
  • Voorleesbril
Resultaten pilots inclusieve technologie

Artificial intelligence voor mensen met spraakproblemen

Een app waarmee mensen die stotteren of een stemaandoening hebben zich beter verstaanbaar kunnen maken tijdens gesprekken. In deze pilot is gekozen voor de Whispp.
Deelnemers gebruikten deze app als live gesprek versterking. Na een maand bleek dat deze gebruikers Whispp niet gebruikten omdat de prestaties tegenvielen. Met name een (geringe) vertraging tussen input (fluister) en output (versterkt geluid), bleek een belangrijk bezwaar onder deze eindgebruikers. Tijdens de pilot is er gestart met het versturen van spraakberichten met de iOS en Android-applicatie in plaats van het verder gebruik van Whispp. Van het gebruik hiervan is geen data opgehaald. Binnenkort zal er opnieuw getest gaan worden met een live variant van de technologie.

Cobot in de maakindustrie

Cobot is ontwikkeld om de functionaliteit van een niet of beperkt functionerende vinger, hand, arm en/of schouder over te nemen. De cobot is ingezet in een assemblageproces voor het aandrukken van rubbers van energieketelkappen.

De cobot werd binnen het sociaal ontwikkelbedrijf enthousiast ontvangen, met een gemiddelde waardering van 8,4, en veel medewerkers zagen mogelijkheden om het werk makkelijker en lichter te maken, wat resulteerde in een positieve impact op de fysieke belasting. Deze resultaten maken aannemelijk dat de verwachte effecten met betrekking tot effectievere uitvoering van taken, snellere re-integratie en trots op het werk in de praktijk ook optreden.

De voorleesbril voor mensen met een leesbeperking

De voorleesbril is een technologie gebaseerd op kunstmatige intelligentie, bestaande uit een bril met een kleine camera en een luidspreker waardoor gescande tekst kan worden voorgelezen.

De technologie wordt vooral als nuttig ervaren bij het (voor)lezen van drukwerk, lange teksten, treinborden, het sorteren van dingen en het lezen van verpakkingen (zowel privé als op werk). Door de voorleespen kunnen gebruikers meer taken zelfstandig uitvoeren en meer uren werken. Daarnaast hebben zij meer energie, meer zelfvertrouwen en meer werkplezier.

Know yourself stresspreventie

Met een Fitbit (een activity tracker) wordt de hartslagvariabiliteit gemeten, een veelgebruikte indicator voor stress. Met behulp van deze technologie is er een methode ontwikkeld om stressgevoelige medewerkers (zoals mensen met autisme) beter te kunnen begeleiden bij het voorkomen van en het beter omgaan met stress.

Coaches van deelnemers geven aan dat werknemers meer zelfinzicht en zelfvertrouwen hebben gekregen, waardoor zij vaker regie over hun eigen leven nemen en sterker in hun schoenen staan. Zelf geven de deelnemers aan zij ervaren dat hun gezondheid vergroot is en dat ze zich minder zorgen maken over het behoud van hun baan.

Slimme projector voor het inpakken van tandartskoffers

Een slimme projector in de vorm van een smart beamer projecteert op het werkblad met lichtsignalen stap voor stap welke handelingen een medeweker moet doen voor het volledig inpakken van de tandartskoffer.

De inzet van de projector en tablet heeft ervoor gezorgd dat de medewerkers foutloos de koffers kunnen inpakken, wat de toegankelijkheid van dit type arbeid heeft vergroot. Ook hebben deelnemers meer zelfvertrouwen gekregen.

Spraakherkenning voor doven en slechthorenden

Een microfoonkit met app (voor live gesprekken) en autocaption (voor ondertiteling van online gesprekken). Deze technologie zet gesproken informatie om naar digitale tekst.

Ruim de helft van de deelnemers bij reguliere werkgevers gebruikt de technologie nog aan het eind van de pilot, en geeft de technologie gemiddeld een 8,2. Er zijn verschillende baten van de technologie gevonden, onder andere een hogere productiewaarde, beter contact met collega’s, meer werkplezier en vermeden zorgkosten. De toegevoegde waarde op werk bij deelnemers bij sociaal werkbedrijven is minder sterk, onder andere doordat zij veel met hun handen werken.

Virtual Reality voor loopbaanoriëntatie

Met VR wordt een gebruiker driedimensionaal ondergedompeld in een zo reëel mogelijke ervaring.

Er zijn totaal 16 beroepenfilms ingezet, gefilmd bij 9 werkgevers. Het gaat hier om kansrijke beroepen, waar regionaal aanbod voor is, zoals schoonmaakmedewerker.
Deelnemers geven in vragenlijsten aan dat zij meer inzicht hebben in de inhoud van een
beroep en daardoor verwachten zij een betere keuze te maken voor hun stage dan wel plaatsing bij een bedrijf. Daardoor beginnen zij beter voorbereid aan hun stage of baan en hebben meer vertrouwen dat zij het werk kunnen uitvoeren.
De verwachting is dat hierdoor minder deelnemers uitvallen gedurende de stageperiode of plaatsing bij een werkgever. Voor studenten betekent dit dat de kans dat zij hun studie afronden toeneemt: de stage is immers een verplicht onderdeel van de opleiding. Voor werkzoekenden betekent een geslaagde plaatsing bij een werkgever dat de kans op duurzame arbeidsparticipatie toeneemt.

Virtual Reality voor mentale weerbaarheid

In Virtual Reality verschillende werkstressoren (en manieren om daarop te reageren) zo realistisch mogelijk ervaren.
Er zijn 4 filmpjes gemaakt: één gericht op de omgang met agressie vanuit een jongere in de jeugdzorg. twee gericht op meer algemene stressfactoren (nee zeggen tegen een manager bij oplopende werkdruk, het geven van een presentatie) en één zorg specifieke (agressie vanuit ouders bij uithuisplaatsing). De daadwerkelijke implementatie van de technologie heeft vertraging opgelopen, waardoor gebruik van de technologie in een werksetting over een langere periode (nog) niet heeft plaatsgevonden. In de toekomst gaan de filmpjes getest worden, om te zien of deze voldoende realistisch zijn. Op basis van deze feedback kunnen de films worden bijgesteld. Deze kunnen in combinatie met begeleiding (bijvoorbeeld door een bedrijfsarts of tijdens een stressmanagement training) worden ingezet.

Meer weten over de verschillende pilots

Lees hier het volledige rapport van CTI over hoe technologie tijdens werk of bij re-integratie is ingezet om de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking te versterken. Er is met vooral kwalitatief onderzoek onderzocht wat de impact is van de technologie op (de kwaliteit van) arbeidsparticipatie, wat de kosten en (potentiële) baten zijn van de inzet van technologie, hoe het implementatieproces is verlopen en wat we daarvan kunnen leren.

 

gerelateerde artikelen

Met VR sneller naar een passende baan?

  • Inclusieve technologie
  • TNO
  • Virtual Reality

Weener XL, het werk-ontwikkelbedrijf van ’s-Hertogenbosch, heeft samen met TNO, partner in de Kennisalliantie Inclusie en Technologie, onderzoek gedaan naar de effectiviteit en gebruikerservaringen van VR-brillen bij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. In het onderzoek stonden twee onderzoeksvragen centraal: 1. Wat is het effect van inzet van de VR-bril op het zoekgedrag naar werk? 2. Hoe ervaren werkzoekenden het gebruik van een VR-bril bij de oriëntatie op beroepen. Belangrijkste uitkomsten van het onderzoek De positieve ervaringen van deelnemers wijzen erop dat de inzet van de VR-bril een gebruiksvriendelijke en efficiënte manier is voor een groot deel van de werkzoekenden om zich op banen te oriënteren en de werkplek te ‘beleven’. In de resultaten zijn geen verschillen gevonden in leeftijd, geslacht en opleidingsniveau, wat de bril voor een brede doelgroep beschikbaar maakt. Drie kwart van de deelnemers vindt de gekozen film gemakkelijk te begrijpen met de VR-bril, een kwart van de deelnemers heeft hier meer moeite mee. Dit werd meestal veroorzaakt door het taalniveau of de cognitieve vermogens van de deelnemer. De kennis die deelnemers over de bekeken beroepen hebben neemt flink toe na het kijken van de film. 90% van de mensen die voorafgaand aan het kijken van de film niet goed wist wat het beroep in hield, weet dat na het kijken van de film wel. De VR-films zorgen voor meer gefocust zoekgedrag. Beroepen worden anders ervaren dan verwacht Een kwart van de deelnemers die voorafgaand aan het kijken van de film van plan was om op zoek te gaan naar werk denkt hier na het kijken van de film anders over. Van de deelnemers die niet van plan waren op zoek te gaan naar dit werk verandert een vijfde van mening. Conclusie Inzet van een VR-bril biedt een goed hulpmiddel bij de baanoriëntatie van werkzoekenden. Wanneer dit samen met goede begeleiding wordt ingezet, vinden werkzoekenden sneller en beter passend (betaald) werk. Meer weten? Voor meer informatie bekijk het volledige onderzoeksrapport.

Lees meer
Afbeelding man kijkt door een VR-bril

Coalitie Technologie voor Inclusie (CTI) deelt lessen uit pilots

  • Cobot
  • Exoskelet
  • Inclusieve technologie
  • Slimme technologie
  • Sociale innovatie

In hoeverre biedt technologie meerwaarde voor mensen met een ondersteuningsvraag. Lees de belangrijkste inzichten uit het onderzoek van CTI.

Lees meer

Pilot UW Utrecht – geen cobot, maar wel andere opbrengsten

  • Cobot
  • Sociale innovatie
  • UW Utrecht

Werknemers van UW ervaren dat werk als zwaar en/of complex. Zou het werk met behulp van een cobot minder belastend en daardoor beter en duurzaam toegankelijk worden voor meer mensen met een beperking? De pilot leerde dat een cobot weliswaar een oplossing kan zijn, maar dat de vereiste investering niet in verhouding zou staan tot de verwachte meerwaarde. Wel heeft de pilot geleid tot nieuwe inzichten en een andere, goedkopere oplossing die de werkbelasting vermindert. Bekijk uitkomsten van de pilot.

Lees meer

Leiden cobots en augmented reality tot meer en beter werk?

  • Augmented Reality
  • Cobot
  • Cobots

Vooral mensen met een fysieke, cognitieve of andere beperking hebben baat bij ondersteuning door mensgerichte technologie. Dat blijkt onder meer uit een praktijkproef met zogeheten inclusieve technologie die TNO hield bij Amfors, het sociaal werkbedrijf in de regio Amersfoort. “Bij Amfors vinden wij het belangrijk om in te zetten op inclusieve technologie. Het vergroot de mogelijkheden van onze medewerkers om zelfstandiger te werken en meer complex werk op te pakken. Bovendien geeft het hen meer plezier in het werk en participeert men zo volwaardig in de samenleving”, zegt Amfors-directeur Ronald de Koning enthousiast. Moeilijke taken makkelijk maken Er zijn veel vacatures in de maakindustrie en tegelijkertijd staan er mensen zonder werk aan de kant. Inclusieve technologie maakt moeilijke taken makkelijk en kan beide problemen helpen oplossen. Zo kunnen ook lager geschoolde medewerkers eenvoudig vaardigheden leren en optimaal presteren. TNO doet al jaren onderzoek naar de inzet van inclusieve technologie om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt aan zinvol werk te helpen en werkenden duurzaam inzetbaar te houden, kortom te includeren in het arbeidsproces. Fysieke of collaboratieve robots (cobots) nemen gedeeltelijk taken over waar mensen met een beperking moeite mee hebben zoals zwaar, gevaarlijk, precies of eentonig werk. Daarnaast maakt augmented reality (AR) het mogelijk instructies op de werkplek te projecteren, waardoor medewerkers zonder voorafgaande training taken kunnen verrichten die ze anders onmogelijk aan zouden kunnen. “Eén tot twee uur werken met het Operator Support Systeem deed de zelfwaarde van de medewerkers zichtbaar groeien” Technologie geen bedreiging, maar een kans “Samenwerking tussen mens en machine staat momenteel volop in de belangstelling, omdat mensen met een beperking daardoor werk kunnen doen dat anders voor hen onbereikbaar was. Dat geldt zowel voor sociale werkbedrijven als het reguliere bedrijfsleven. In deze krappe arbeidsmarkt kan het voor ondernemers aantrekkelijk zijn mensen in dienst nemen die ze anders nooit hadden aangenomen. Zo is technologie geen bedreiging, maar biedt deze juist tal van nieuwe mogelijkheden op werkgebied”, zegt TNO-onderzoeker Gu van Rhijn. De mogelijkheden van inclusieve technologie In het onderzoek naar deze ontwikkelingen werkt TNO nauw samen met gerenommeerde instituten als het Arbeidsdeskundig Kennis Centrum (AKC), VU Athena en Technopolis. Om in de praktijk naar de mogelijkheden voor mensen uit kwetsbare arbeidspositie te kijken, werkt TNO – in de Kennisalliantie Inclusie & Technologie (KIT) – samen met kenniscentrum en A&O-fonds sociale werkgelegenheid SBCM en met Cedris, de landelijke vereniging voor sociale werkgelegenheid. Dat opent de weg naar de sociale werkbedrijven en sociale ondernemingen in ons land om daar met proeven aan te tonen dat technologieën hier vruchten afwerpen. Via KIT worden de resultaten van alle projecten publiek beschikbaar gesteld. “Inclusieve technologie vergroot de mogelijkheden van onze medewerkers om zelfstandiger te werken en meer complex werk op te pakken” Zonder ervaring direct aan de slag Dat bleek bijvoorbeeld bij Amfors waar 1.150 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werken in onder meer het groen, metaal, productie en schoonmaak. De proef is gehouden bij medewerkers die armaturen voor led-straatverlichting assembleren. Afhankelijk van de activiteit en het niveau van de medewerker duurt het leren van de benodigde vaardigheden normaal gesproken weken. TNO heeft in deze pilot bij Amfors een Operator Support Systeem  (OSS) ingezet dat de werkinstructies stap voor stap op het werkblad of op het product projecteert. Medewerkers zien steeds welke handeling ze op dat moment moeten verrichten, waardoor mensen zonder enige ervaring direct aan de slag kunnen. Veelbelovende resultaten De resultaten van de proef zijn veelbelovend: een grote meerderheid is positief over het OSS. Ze vinden de projecties prettiger dan mondelinge uitleg en kunnen hun aandacht veel beter bij het werk houden. Verder geven verreweg de meesten aan hierdoor moeilijker werk aan te kunnen dan voorheen. Uit tijdmetingen bleek dat na het assembleren van drie producten de cyclustijd al met 30 procent is gedaald en daarmee het niveau is bereikt van ervaren medewerkers. Volgens een begeleider van de groep deed één tot twee uur werken met het systeem de zelfwaarde van de medewerkers zichtbaar groeien. Snel en foutloos werken geeft mensen zelfvertrouwen en plezier in het werk. Opleidings- en productiekosten dalen Het Operator Support Systeem is ook ingezet en getest met en bij diverse hightech bedrijven zoals Thomas Regout, Omron, Bronkhorst, Variass en Vekon in de assemblage van complexe en steeds variërende productvarianten. Ook hier bewijst het systeem zijn meerwaarde. Onervaren personen werken dankzij het OSS net zo snel en foutloos als iemand met ervaring. Personeel is veel flexibeler in te zetten en de opleidings- en productiekosten gaan omlaag. “Uit tijdmetingen bleek dat na het assembleren van drie producten de cyclustijd met 30 procent is gedaald en daarmee het niveau is bereikt van ervaren medewerkers” Interesse bedrijfsleven voor praktijkproeven “We zien dan ook dat verschillende sectoren in het bedrijfsleven, vooral de maakindustrie, interesse tonen voor ons onderzoek en de praktijkproeven”, zegt Harry de Boer van TNO Gezond Leven. “Door technologieën als cobots, exoskeletten, augmented en virtual reality vergroten we de kansen van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt en worden zij interessanter voor werkgevers. We laten nu zien dat het voor beide partijen profijtelijk is. Het inzetten van bijvoorbeeld een OSS verlaagt de drempel voor ondernemers om mensen met beperkingen in hun organisatie te laten werken.” Op hoger niveau inzetbaar De komende tijd staan meer praktijkproeven op het programma. Na de eerste goede resultaten is er meer inzicht nodig om inclusieve technologie verder op te schalen. TNO wil de technologie verfijnen door deze nog beter te laten aansluiten op zowel beperkingen en vaardigheden van mensen als op verschillende processen in bedrijven. Daarnaast is er meer inzicht nodig in langetermijneffecten van deze technologieën op productiviteit, leertijd, inzetbaarheid en ontwikkeling van mensen. “We beginnen niet bij de techniek, maar bij het proces en de mens”, zegt Van Rhijn. “Om welke beperkingen en competenties van mensen gaat het, welk productieproces, welke taken en handelingen. Door dat goed in kaart te brengen kun je systemen op maat bouwen en ze individueel afstemmen. Zo worden mensen meer, breder en op hoger niveau inzetbaar.”

Lees meer